ISO, Diafragma en Sluitertijd.


ISO

Vroeger in het analoge tijdperk had je filmrolletjes. De filmrolletjes hadden een lichtgevoelige emulsie die in DIN en ASA werd vertaald. Zo had je bv 21 din, 100 ASA. ASA werd ook ISO. DIN staat voor Deutches Institut fur Normung, ASA voor American Standard Association en ISO voor International Organisation for Standardisation.

Nu in het digitale tijdperk is de sensor het rolletje en de ISO de lichtgevoelige emulsie.

In beide gevallen betekent een verdubbeling van de ISO waarde dat je filmrolletje/sensor half zoveel licht nodig heeft om een vergelijkbaar grafisch beeld te geven.

Dus hoe hoger  je ISO ingesteld staat hoe minder licht je nodig hebt om een goed belichte foto te verkrijgen.

Naarmate je de ISO hoger instelt neemt de kans op ruis toe.

 


 

Diafragma,

Het diafragma is de verstelbare opening tussen de lens en de sluiter waardoor het licht op de sensor valt. Deze opening wordt aangegeven met F-stops zoals F2.8, F4, F5.6, F8 en zo verder. Hoe hoger het getal is, hoe kleiner het diafragma (de lensopening) is. Als bij F2 de lens al het licht door laat, dan laat hij bij F4 half zoveel licht door en bij F8 weer half zoveel.

Een klein F-getal is een grote opening en naarmate het F-getal hoger wordt verkleint de opening.

Bij een groot diafragma (klein F getal) is de achtergrond onscherp en het onderwerp alleen scherp. Bij een klein diafragma (groot F getal) is het onderwerp en de achtergrond scherp. zie beide foto's

Foto van een torenvalk met diafragma F5.6

Foto van de heide met diafragma F11



Sluitertijd

 

Voor de sensor zitten 2 gordijnen die op en neer gaan als je de ontspanknop indrukt.

Het eerste gordijn is de eerste sluiter die beweegt en het tweede gordijn is degene die volgt.

 

De tijd tussen het bewegen van het eerste en het tweede gordijn is de sluitertijd.

 

De meeste camera's kennen sluitertijden van 30s tot 1/4000. Daarnaast heb je ook nog BULB. Hier blijft de sluiter open zolang je de ontspanknop ingedrukt houd. BULB werkt alleen in de M modus

 

Een korte sluitertijd bevriest het beeld. Zeg vanaf 1/250e voor rustig bewegende objecten tot 1/4000e voor voor bv vliegende vogels of een formule1 auto die met 300km per uur voorbij raast.

Een lange sluitertijd van bv 1s of langer geeft beweging weer. denk aan de lichtstrepen van een rijdende auto in het donker.